Selecteer een pagina

DAGBOEK 5 Ik heb een eetstoornis

Margot Peters (1983) is getrouwd met Marco en woont in de bossen op de Veluwe. Margot had altijd al overgewicht en op den duur ook steeds meer gezondheidsproblemen. Pas een paar jaar geleden werd ontdekt dat ze PCOS heeft, een aandoening waarbij ‘normaal eten’ met veel koolhydraten, juist averechts werkt. In haar blogs vertelt ze over de lange reis die ze aflegde voordat ze de aanpak van TheNewFood vond en daarna.

Vrijdag 7 januari 2011

Als ik google op ‘eetproblemen’ verschijnen er drie opties. Anorexia, is me direct duidelijk, heb ik niet. Boulimia ook niet. Ik herken de vele eetbuien, maar overgeven doe ik niet. Ik gooi de schaamte en walging er niet uit, die blijven juist in mijn lichaam broeien, net als het eten zelf. Dan valt mijn oog op informatie over binge eating disorder. Ik houd mijn adem in. Het is bizar: net of ik over mezelf lees.

Ik lees dat je er bij binge eating disorder sprake is van eetbuien waarbij je in korte tijd grote hoeveelheden voedsel eet. Je proeft eigenlijk niet wat je eet en geniet er ook niet van, maar stoppen lukt niet. Dit is wanneer mijn man altijd zegt: ‘hoe doe jij dat toch, al dat eten?’ Ik weet niet HOE ik dat doe, het gebeurt gewoon en ik kan niet stoppen. Ik voel me zo blij dat ik eindelijk lees dat dit een ding is dat meer mensen hebben.

Eetbuien

Als ik verder lees, zie ik dat de eetbuien uitgelokt worden door emoties als woede of verdriet, spanning en stress. Het eten gebeurt vaak stiekem. Na de eetbuien voel je je vaak enorm schuldig en schaam je je voor je gedrag.

Het lijkt wel alsof ik het zelf geschreven heb… Ik lees over de sociale gevolgen. Dat je gewend bent om stiekem te eten en je eetbuien te plannen als er geen anderen bij zijn. Dat afspreken en verjaardagen lastig zijn. Ik herken dat. Familievakanties of vakanties met vrienden zijn zo moeilijk omdat ik mijn manier van met emoties en eten omgaan niet de ruimte kan geven en er veel spanning opbouwt. Ik raak dan hopeloos met mezelf in de knoop en zonder mezelf steeds meer af of maak juist ruzie. Je kunt met deze stoornis steeds eenzamer worden; het kost veel geld en je eet veel in korte tijd, ook al heb je geen honger. Iedere zin gaat over mij.

Niet meer eenzaam

Dit keer schaam ik me niet, er gebeurt iets wat ik nog niet goed begrijp… Wat ik lees, is allesbehalve mooi, maar het is wel wat mij overkomt. Voor het eerst in mijn hele leven begrijp ik mezelf en mijn relatie met eten. Dat komt flink bij me binnen. Terwijl ik naar het scherm staar rollen de tranen over mijn wangen. Ik huil normaal maar moeizaam, meestal zet ik mijn schouders eronder.

Maar vandaag, vandaag word ik zo geraakt dat het huilen vanzelf gaat. Daar zit ik, in mijn eentje in een kamertje achter een pc te huilen. Toch ben ik voor het eerst in mijn leven niet zo ongelofelijk alleen en eenzaam. Er zijn mensen die met hetzelfde worstelen, blijkbaar zoveel mensen dat er hele programma’s voor zijn. Ja, het is een stoornis, maar nee, ik ben niet gek.

De volgende dag raap ik al mijn moed bij elkaar en meld ik me aan voor een intake voor een behandeling. Ik voel nieuwe hoop en spanning in mijn buik gloeien. Hier ligt de eerste stap naar waar ik naar zocht. Zal ik nu de sleutel gaan vinden voor het echte verlies van mijn gewicht?  

Afdeling eetstoornissen

Een maand later zit ik in de wachtkamer van de geestelijke gezondheidszorg, afdeling eetstoornissen. Mijn benen wiebelen zenuwachtig. Ik kijk om me heen. Ik voel een gek soort hoop, maar tegelijk ook onrust. Ik sta op; de onrust wordt me te veel. Ik kan die niet weg eten, dus loop ik rond om mezelf te kalmeren. Dan stop ik bij een gedicht dat aan de muur hangt. Het gedicht gaat over een eindeloze cirkel.

In stilte neem ik het gedicht in me op. Het gaat over iedere keer hetzelfde denken, het willen doorbreken, een paar stappen zetten en dan toch weer in dezelfde cirkel belanden. Ik voel hetzelfde als toen ik de tekst over binge eating disorder las. Ik herken deze keer wat er gebeurt. Het is het tweede moment dat ik me even niet eenzaam voel. Ik voel herkenning. Er zijn meer mensen die eindeloos in de cirkel van eigen gedachten, van aankomen en afvallen, van niet weten wat je met jezelf aan moet en jezelf verdoven, terecht komen. Het geeft me hoop.

Een waas

Dan hoor ik mijn naam. Ik loop rustig achter de vrouw aan die me heeft geroepen. We maken kennis in haar spreekkamer, ik vertel mijn verhaal en het is meteen duidelijk dat ik hier pas. Ik krijg allerlei informatie. Er zijn verschillende opties: er zal besproken worden wat bij mij specifiek vast. Wat ik zeker weet is dat ik me hier thuis voel. Eindelijk een plek waar het openlijk kan gaan over mijn probleem.

Er is wel één ding. Mijn kinderwens. Vanaf de start van het gesprek was het direct helder dat ik die wens op pauze moet zetten. Er is geen plek voor die wens in deze behandeling. Hier gaat het over mij en mijn relatie met eten. Dat hakt er diep in. De boodschap die ik krijg vraagt me om een keuze te maken die voor mij veel impact heeft. Ik moet mijn reden van leven loslaten, zodat ik voor mezelf kan gaan leven.

Eerst zelf leven

Dat klinkt heel dramatisch, maar tot dat punt heb ik moeder worden altijd als dé vervulling van mijn leven gezien. In relatie tot kinderen heb ik altijd mijn waarde gevoeld. Het gaat me van nature heel makkelijk af en ik houd van kinderen. Ja, ik werk in de zorg, ja, ik heb een hart voor andere zaken, maar moeder worden: dat is waar ik me de rest van mijn leven op wilde focussen.

Nu moet ik het resultaat, het kindje dat ik wilde, loslaten voor de weg die voor me ligt. Ik moet me focussen op mezelf. Alles wat ik tot nu toe doe, gaat over niet willen voelen, niet willen weten en weggaan van mezelf. Ik eet niet voor niets! De vraag komt weer naar boven. Wat voor moeder wil ik zijn? Het antwoord is wederom direct en heel helder. Ik wil de moeder zijn die haar kind leert dat het eerst voor zichzelf zorgt voordat het voor anderen hoeft te zorgen. En zo kan ik het loslaten van mijn kinderwens aan.

Wachtlijst

Na het gesprek zit ik weer stiekem te eten in de auto. Ik heb alles gekocht wat me bekend is aan troostvoedsel. Toch zit ik daar anders. Ik voel me minder machteloos, want ik weet dat ik iets belangrijks doe. Wat er precies gaat gebeuren, dat weet ik niet. Welke impact het zal hebben weet ik ook niet. Wat ik wel weet is dat ik me voor het eerst minder waardeloos voel.

Maar waar ik wel ontzettend mee worstel, is de boodschap dat er een wachtlijst is. Ik zal eerst moeten wachten tot er plaats is in de ‘voorwerkgroep’. Dan moet ik, in die voorwerkgroep, wachten tot er een plek in de behandelgroep is. Het voelt zo eindeloos lang en onoverzichtelijk. Toch weet ik dat dit mijn pad is en dat ik de juiste keuzes maak. 

Delen